Gevaren in het water


In de kwispel 'Zwemmen' staat hoe je de hond kunt leren om niet te gaan zwemmen of drinken. Het is heel belangrijk om dit aan te leren omdat zwemmen en drinken niet overal veilig is voor de hond. In deze kwispel worden een aantal gevaren behandeld die met water te maken hebben.

 

Een goede vuistregel voor het beoordelen van de waterkwaliteit, is dat als het voor de mens getest is en veilig bevonden om te zwemmen, is het voor de hond meestal ook veilig. Let wel altijd op de regels van het gebied waarin je je bevindt, want honden zijn op vele recreatieplekken helaas niet toegestaan. Als de waterkwaliteit goed is, let ook op de ondergrond en eventuele begroeiing, grote stenen en takken kunnen de hond verwonden als hij enthousiast rent en springt of slecht neerkomt op een scherpe steen of tak. 

 

Blauwalg

 

Het meest zichtbare mogelijke probleem in waterkwaliteit is blauwalg. Als het warm wordt kan dit heel snel groeien. Je kunt dit zien doordat er op het water een laagje drijft met een afwijkende kleur, dit hoeft niet per se blauw te zijn. De hond kan hier ziek van worden als hij het water binnenkrijgt door drinken of bij het zwemmen met open bek of door het zichzelf aflikken na het zwemmen.


Symptomen van blauwalg vergiftiging zijn sloomheid, braken en diarree, trillen en een aanval die kan lijken op epilepsie. Honden kunnen in shock raken en overlijden. Als je weet dat een hond water heeft gedronken waar blauwalg in zat, kun je vergiftiging voorkomen door de hond te laten braken. Dit doe je uiteraard altijd in overleg met of onder behandeling van een dierenarts. Als je symptomen ziet, is het belangrijk zo snel mogelijk naar een dierenarts te gaan.

 

Botulisme

 

Helaas is botulisme minder zichtbaar in het water, het is een vergiftiging die kan ontstaan als een hond zwemt of water drinkt waar een aan botulisme overleden dier in ligt. Uiteraard kan de hond ook vergiftigd raken als hij direct van het karkas eet, vaak zijn dit vissen of watervogels. Gelukkig komt botulisme vergiftiging bij honden niet al te vaak voor, want het is een nare aandoening. De symptomen zijn misselijkheid, overgeven en diarree, moeheid en stijf lopen, en uiteindelijk kan ook spierslapte en verlamming optreden. Bij uitblijven van behandeling zal een hond dan overlijden aan uitdroging of moeite met ademhalen. Dit kan al escaleren binnen een week sinds blootstelling aan het besmette water of karkas.


Voorkomen van vergiftiging kan eigenlijk niet goed, je zal in veel gevallen de karkassen niet zien liggen. Gelukkig wordt er veel kennis uitgewisseld tussen hondenbezitters over waar het zwemwater wel of niet veilig is, dus vraag eens in de buurt of mensen weten of er ergens (kans op) botulisme is. Als je denkt dat je hond blootgesteld is geweest aan botulisme en hij nog geen symptomen heeft, is het verstandig om altijd even te overleggen met de dierenarts of het mogelijk zin heeft om braken op te wekken. Als je hond symptomen heeft, ga dan direct naar de dierenarts.


Als je twijfelt aan de kwaliteit van het water, kun je je hond altijd beter op de kant houden. Voor meer informatie over hoe je dit aanleert, zie de kwispel 'Zwemmen'.

 

Weil


Ratten en andere knaagdieren die in en om het water leven, kunnen de ziekte van Weil op honden en mensen overbrengen. Ook als je geen rat gezien hebt, of je hond niet in het water komt, kan hij/zij besmet raken via bijvoorbeeld de urine van de rat op het gras. Een jaarlijkse inenting in het voorjaar, voordat het echte zwemweer aanbreekt, geeft bescherming tegen een deel van de bacteriën die Weil veroorzaken. Weil is een hele akelige ziekte die de lever en nieren van de hond aantast, wat dus erg pijnlijk is voor de hond. Informeer bij de dierenarts of de Weil enting een goed idee is voor je hond.

 

De symptomen van Weil zijn apathie, dat je hond niets meer wil, ook geen eten. Hij kan hierbij braken of diarree hebben, soms met een beetje bloed erin. Ook komt geelzucht, koorts en gewrichts- en spierpijn voor. Veel drinken en plassen, of juist helemaal niet plassen kan ook een symptoom zijn van Weil. Een hond kan er zelfs neurologische afwijkingen van krijgen. Als je met een zieke hond naar de dierenarts gaat, is het daarom nooit slecht om te vermelden of/waar je hond in of bij het water is geweest.

 

Let op dat Weil van de bovengenoemde ziektes de enige is die de mens kan krijgen van de hond. Als je hond mogelijk besmet is met Weil, is het belangrijk om zo veel mogelijk hygiënische maatregelen te nemen, zoals handen wassen. Overleg met je dierenarts als je denkt dat je hond besmet is.

 

Watervergiftiging

Stel, het is warm en je weet schoon zwemwater te vinden, dan denk je al snel ‘ik laat mijn hond even lekker veel in het water spelen, dan kan hij daar zijn energie kwijt’. Op zich een goed idee, maar helaas kan dit leiden tot watervergiftiging. Vooral het spelen met ballen of ander speelgoed in het water kan betekenen dat de hond bij het grijpen en zwemmen met het speeltje voortdurend wat water binnen krijgt.

Bij schoon water kan het echt geen kwaad om een beetje in het water te spelen en te drinken. Maar als de hond in korte tijd heel veel water binnen krijgt kan de balans in het lichaam verstoord worden, waardoor de organen van slag raken. Dit kan leiden tot gebrek aan coördinatie, kwijlen, misselijkheid, braken, glazige ogen en bleke slijmvliezen. Als je dergelijke symptomen ziet is het belangrijk om zo snel mogelijk naar de dierenarts te gaan! Een hond kan hier heel snel ernstig ziek van worden, dus elke seconde telt! Sommige honden drinken obsessief en kunnen op die manier een watervergiftiging oplopen. In dit geval is het zaak om te zorgen dat de hond niet zelf beschikking heeft over een drinkbak of andere bron van water, maar dat jij regelmatig water aanbiedt. Als je hond plotseling heel veel of juist heel weinig gaat drinken, kan dit een teken zijn van een medisch probleem. Overleg in dit geval met je dierenarts wat de aanleiding zou kunnen zijn.

Zout water

 

Zwemmen is natuurlijk altijd leuk voor een hond, maar zwemmen in de zee is helemaal bijzonder! Vaak mag je in de zomermaanden niet met de hond het strand op. Dat is maar goed ook want er is meestal veel te weinig schaduw op het strand, waardoor het in de zomer te warm is.


Stel nu dat het niet zo warm is en je hebt een strand gevonden waar je met de hond mag zwemmen, vergeet dan niet flink wat drinkwater mee te nemen. Als de hond zeewater opdrinkt, kan hij/zij behoorlijk ziek worden. Diarree en braken kan voorkomen (de dag) na inname van zeewater, dus gebruik de ‘nee’ oefening om de hond te laten stoppen met drinken en biedt hem/ haar op tijd drinkwater aan. Let op dat je hond met spelen in het water ook zout binnenkrijgt, bijvoorbeeld als hij een speeltje uit het water oppakt met zijn bek.


Heeft de hond zeewater binnengekregen, geef hem dan ieder 10 minuten een beetje lauw zoet water. De hond moet veel drinken om het zout uit te kunnen plassen zonder de nieren te beschadigen. In één keer de hond veel te laten drinken maakt dat de hond gaat braken, en er is kans op een maagtorsie. (Het braken kan wel helpen om zout water uit de maag te krijgen. Overigens gaan veel honden braken als ze redelijk wat zout water in de maag hebben)

Ondanks al deze gevaren is het toch heel fijn als je hond het leuk vindt om te zwemmen, al was het maar om wat verkoeling te zoeken op warme dagen. Lees meer over omgaan met warmte in de kwispel ‘Hitte’. Over hoe je zwemmen aanleert, of juist aanleert om op de kant blijven, kun je lezen in de kwispel ‘Zwemmen'.